Loungen? Uit! Een broodje gezond eten in een lunchroom? Saai! Voor een beetje spectaculaire lunch ga je tegenwoordig naar de Chinees.
En dan geen babi pangang bestellen, maar een portie dim sum. Gingen we vroeger op tussen de middag naar een hip etablissement om te loungen met oesters en champagne, de recessie dwingt ons onze honger anders te stillen. Nu staat er na het museum of de dierentuin een rondje Chinees op het programma. In plaats van een grote berg foe yong hai of tjap tjoy kiezen we voor een serie elegante dim sums. Dim betekent puntje, sum betekent hart. Lichte hapjes dus die met hart en ziel door de kok vervaardigd zijn. Het zijn gestoomde of gefrituurde deegpakjes gevuld met vlees of vis, gestoomde broodjes, garnalen- en lotusballetjes en altijd een paar nagerechten. Ooit waren deze hapjes uitsluitend bedoeld als kleine middagtussendoortjes voor de keizer, maar toen de recepten buiten de paleismuren bekend raakten, viel de bevolking en masse voor de smakelijke en lichtverteerbare Chinese tapasvariant.Een eeuw geleden, toen Kwan Chow, een provincie in het zuiden van China in handen van de Engelsen viel, kwam dim sum naar Europa. Bij dim sum hoort chum cha, theedrinken. In Hong Kong begint men de dag om vijf uur ′s morgens met een krantje en Iyat chong leong kin, ofwel een kopje thee met twee soorten dim sum. Meestal zijn dit een cah siew, een vleesbroodje en een siew mau, gestoomde vlees- en garnalenbolletjes. Daarnaast is het binnen de Chinese gemeenschap al jarenlang de goede gewoonte om op zondag tegen theetijd bij te kletsen onder het eten van allerlei fraaiogende dim sums.